RDW Camper Keuring, de volledige handleiding

Voor je deze rdw camper keuring kunt laten doen, moet de kampeerauto aan bepaalde eisen voldoen. Een zelfbouw camper heeft niet zomaar een camperkenteken.

Een kenteken voor een camper is anders dan een kenteken voor personenauto’s. Voor een camper betaal je aanzienlijk minder belasting dankzij het kwarttarief motorrijtuigenbelasting, maar dan moet er wel een afgegeven beschikking zijn van de RDW‑keuring.

Voor je deze rdw keuring kunt laten doen, moet de kampeerauto aan bepaalde eisen voldoen. Een zelfbouw camper bijvoorbeeld heeft niet zomaar een camperkenteken. Tot de keuring geldt het tarief voor belasting personenauto’s.  Ook geïmporteerde campers moeten eerst een rdw keuring ondergaan, voor ze onder het gunstige bijzonder tarief vallen. Zodra je denkt dat jouw kampeerauto aan de hiervoor vermelde inrichtingseisen van de belastingdienst voldoet, kun je een afspraak maken voor een rdw keuring. 

RDW-keuring: waar moet je aan voldoen?

Zaken waar bij de keuring op gelet wordt, zijn veiligheid en gewicht. Maar ook aan de inrichting van de camper worden eisen gesteld. Zo moeten er zitgelegenheden zijn, slaapgelegenheiden en moet je in een camper kunnen koken en je spullen moeten op te ruimen zijn. 

De camper moet een gesloten, permanent aangebracht dak hebben. Als de stahoogte te laag is, moet dit gecompenseerd worden, bijvoorbeeld met een hefdak.

Verder zijn de volgende onderdelen verplicht:

• een vast keukenblok, bedoeld voor binnengebruik, minimaal 60 cm hoog;

• kookgelegenheid (zoals een vaste kookplaat);

• een vaste magnetron;

• opbergruimte die binnen in het voertuig is geplaatst en bedoeld is voor keukenbenodigdheden.

Ook moet er een tafel aanwezig zijn. Dit mag een verwijderbare tafel zijn, maar hij moet wel vast te zetten zijn.

De minimale afmetingen van de binnenruimte zijn:

• hoogte: 170 cm

• lengte: 200 cm

• breedte: 90 cm

Deze maten moeten gelden op het moment dat de camper in gebruik is, bijvoorbeeld met het dak omhoog.

Bij de keuring wordt ook het gewicht vastgesteld. Om in een lagere belastingcategorie te vallen, kun je losse spullen het beste tijdelijk verwijderen. Let op: vaste onderdelen zoals de tafel mogen niet ontbreken. Deze maken deel uit van de eisen voor de camperinrichting.

Dat opruimen van spullen kan in vaste en afsluitbare opbergfaciliteiten. Die afsluitbare opbergfaciliteiten moeten dus dicht kunnen, maar hoeven niet per se van een slot worden voorzien. Is er kookgelegenheid aanwezig, dan moet dat geschikt zijn voor gebruik in de binnenruimte van de camper.

Het gewicht van de camper

Voor het bepalen van het tarief wordt de camper gewogen. Het is daarom slim om zoveel mogelijk losse zaken te verwijderen voor je laat keuren. Neem bijvoorbeeld de inhoud van je kastjes. Je betaalt bij de belastingdienst een bedrag per honderd kilo.

Wat je niet moet verwijderen, is de eventueel weg te halen tafel. Een tafel is namelijk een van de vereiste zaken voor een kampeerauto, maar dat hoeft geen vaste tafel te zijn. Zijn er specifieke eisen? Bovenstaande eisen zijn al belangrijk, maar ook slaapplaatsen moeten er zijn. Je hoeft geen vast bed te maken, het mag ook zo zijn dat je met behulp van de zitplaatsen een bed kunt fabriceren.  Twijfel je eraan of je een busje kunt ombouwen tot camper? Dan is het verstandig om een expert in te schakelen. Deze voorkomt dat je aan iets begint dat van de belastingdienst niet mag. Bovendien weet een expert precies hoe je de specifieke eisen van de belastingdienst moet interpreteren. Als een camper gekeurd is, moet je kijken of je nog bpm verschuldigd bent. Bpm staat voor belasting van personenauto’s en motorrijwielen. Het kan zijn dat in het verleden al genoeg bpm betaald is of dat er een rest bpm is.  Je kunt uitkomen onder bpm betalen als een busje al eerder van een particulier is geweest. Een camper is na 17,5 jaar bpm vrij. Je kunt op de website van de belastingdienst vinden wat je aan bpm betalen moet en of er rest bpm is. 

Heb je rekening gehouden met:

• Zitplaatsen met (eventueel weg te halen) tafel aanwezig
• Slaapplaatsen, eventueel met behulp van de kussens van de stoelen
• Kookgelegenheid
• Opbergruimte

Bovenstaande zaken moeten vast bevestigd zijn in het woongedeelte.

Slaap- en zitplaatsen

In een camper moeten minimaal twee slaapplaatsen aanwezig zijn. Dat mogen slaapplaatsen zijn die je maakt van de stoelkussens, niet van de bestuurders- en bijrijdersstoel. Of je afzonderlijke slaapplaatsen maakt of een tweepersoons, dat maakt niet uit. 

Aan het formaat van de slaapplaatsen worden de volgende eisen gesteld:

• Een tweepersoonsslaapplaats is minimaal 110 cm breed en 180 cm lang.
• Twee afzonderlijke slaapplaatsen? Dan zijn ze elk minimaal 60 cm breed en minimaal 180 cm lang.

Ook over zitplaatsen zijn ze het bij de belastingdienst eens: er moeten twee zitplaatsen zijn. Dit mogen de stoelen zijn die je gebruikt tijdens het autorijden, mits deze kunnen draaien. In het woongedeelte moet je kunnen zitten.  Ook is daar een tafel in de bus geplaatst. Al dan niet een die je weg kunt halen. Wil je een zelfgebouwde camper aan keuring laten onderwerpen? Zorg er dan voor dat je zitplaatsen maakt, vaste zitplaatsen of eventueel maken van de stoelen die het voertuig al heeft.  Sowieso moet de binnenruimte een denkbeeldig rechthoekig blok van minimaal 170 cm hoog zijn met een lengte van 200 cm en een breedte van 90 cm. Heeft de camper die minimale hoogte niet, dan is er een hefdak nodig.  Vast keukenblok bestemd voor binnen koken Ook voor de keuken zit je vast aan minimale afmetingen: de hoogte van een vast keukenblok moet minstens 60 cm zijn. Het moet een vaste kookgelegenheid zijn die je binnen kunt gebruiken. 

Een camper importeren

Een camper uit het buitenland naar Nederland halen is vaak goedkoper dan een tweedehands in ons land kopen. Dat komt ook omdat het aanbod in Nederland niet groot is. Maar importeer je een camper, dan moet je er wel rekening mee houden dat je bepaalde zaken moet regelen. 

BPM aangifte

Naast dat je uiteraard de aankoopkosten van de geïmporteerde camper voor je rekening moet nemen, zijn er nog wat andere zaken waar je rekening mee moet houden. Een eventuele aankoopkeuring bijvoorbeeld, maar zeker ook die van het RDW, de btw en de BPM. 

Nieuwe kentekenplaten laten maken

Een kampeerauto uit het buitenland heeft sowieso een nieuw kenteken nodig. Koop je een camper in een ander land, dan moet je eerst een tijdelijk kenteken aanschaffen om naar Nederland te kunnen rijden. Vervolgens moet je in Nederland weer nieuwe kentekenplaten kopen. 

Als je twijfelt aan de rompslomp die je hebt bij het importeren van een camper, kun je het ook door een specialist laten doen. Iemand die voor zijn werk campers importeert, weet wel wat hij doet.  Het verlaagt in elk geval de kans dat je het aan de stok krijgt met de belastingdienst of dat je nieuwe camper niet door de keuring komt of niet in aanmerking komt voor het nieuwe kenteken, omdat je niet zou voldoen aan de gestelde eisen. Een importeur kan de kentekenplaten laten maken of zorgen voor je nieuwe kenteken. Ook het nieuwe kentekenbewijs regelt deze. Hij weet exact waaraan een officiële kampeerauto aan moet voldoen. 

Het bouwen van een camper

Ga je zelf een camper bouwen, dan moet je dus rekening houden met het aantal zitplaatsen en de vast ingebouwde kookgelegenheid bestemd voor het inpandig koken. Een tafel is in de kampeerauto aanwezig net als dat een bed aanwezig is. En dan zijn er ook nog formaten om rekening mee te houden. 

Aan de gestelde eisen voldoen

Voldoet je camper tijdens het keuren niet aan al die voorwaarden, dan kun je dus geen camperkenteken krijgen en moet je van de belastingdienst de wegenbelasting betalen voor personenauto’s.

Een omgebouwde bestelbus wordt pas een camper volgens de belastingdienst met genoeg extra zitplaatsen etc. De omgebouwde bus uit het buitenland kun je in Nederland, als hij aan de eisen voldoet, voorzien van een geel kenteken.  Het is niet zo dat een camper zodra hij voldoet direct klaar is om te gaan kamperen. Je moet een aanvraag indienen en vervolgens wachten tot de belastingdienst zover is.  Als je een bus ombouwt uit de categorie personenauto, dan kun je tijdens de keuring voor elkaar krijgen dat het een kampeerauto wordt. Nieuwe bussen of tweedehands exemplaren, laten keuren moet sowieso!

Wat zijn de kosten van een RDW-keuring

Laten keuren kost je ongeveer 60 euro. Als de kampeerauto aan de gestelde eisen voldoet en als camper goedgekeurd is, dan verdien je dat terug aan het lagere tarief dat je betaalt aan wegenbelasting. 

Goedgekeurd, en dan?

Op vakantie, uiteraard! Met je nieuwe kampeerauto kun je de wereld ontdekken.